Tou, Jan Arentsz (-1491/98)

Jan Arentsz Tou, leenman van de hofstede Hontshol, zoon van Arent Jans Touwen en Zuete Claes Herpers, overleden 1491-1498

Gehuwd met

Lijsbeth Pieters, dochter van Pieter Jacob Dircksz, overleden > 6 juli 1504

 

Bronnen: 1) hogenda.nl, 2) Repertorium op de lenen van de Hofstad te Hontshol, 1253-1770, C. Hoek. In: Ons Voorgeslacht’, jrg. 27 (1972), 3) Acten betreffende’ t Woud, C. Hoek. In: Ons Voorgeslacht, jrg. 39 (1984), 4) Acten betreffende Naaldwijk, ’s Gravenzande, Monster, Wateringen en Den Haag in een cartularium van het Oude Gasthuis te Delft (inv. nr. 517), C. Hoek. In: Ons Voorgeslacht, jrg. 44 (1989), 5) Bij een grafzerk in De Lier (Aantekeningen betreffende Ton van der Burch en van Vliet van der Woert), D. van Baalen. In: De Nederlandsche Leeuw, 1953, 70ste jaargang, 6) L. Lapikás, Kwartierstaat Van Schothorst, version 10.2, Muiden, 2016

Op 21 januari 1464 is Jan Arent Touwenz beleend met de helft van 5½ morgen land gemeen met Jan Arentsz., in het ambacht van Jan van Groenevelt (onder ’t Woudt), bij dode van zijn vader Arent Touwe Jansz. Op 2 april 1498 Cornelis Jansz.

Op 18 mei 1491 verkoopt Jan Aernt Touwenz aan Mees Heinricksz een jaarrente van 3 gouden engels nobels van 50 Philips – of Carlsche stuiver per stuk, verzekerd op de helft van 12 morgen land te Wateringe, gemeen met het Oude Gasthuijs te Delft, onbelast, belend ten oosten het Sint Agnieten zusterhuis te Delft en Claes Willemsz, ten westen Willem Gerijtsz en Stormsweer, ten noorden de banweg en ten zuiden de Zwet. Bezegeld door meester Jan, pastoor en kanunnik te Naeldwijck, en meester Philips van der Spangen, kanunnik aldaar.
Op 18 juli 1491 verkopen Jan Aernt Touwenz, gehuwd met Pieter Jacob Dircksdochter, aan Mees Heinricxz de in de vorige acte vermelde helft van 12 morgen land, belast met de daarin vermelde rente. Bezegeld als in de vorige act

Op 19 december 1503 zijn Lijsbeth de weduwe van Jan Aernt Tou en Pieter Claesz belendend aan 13 morgen aan de Lijerhant.

Op 6 juli 1504 verkoopt Lijsbeth, de weduwe van Jan Arentsz Thou, aan Jan Claesz de snijer te Delf een jaarrente van 2 pond groot Vlaams, te lossen met 30 pond, verzekerd op 5½ morgen land op ’t Woud in de ban van Groenevelt, die zij zelf gebruikt. Belend ten westen Jacob van Bleijswijck, ten oosten Maertijn van Groenevelt, ten zuiden de verkoopster en Jacob van Bleijswijck, ten noorden de Zwet. Bezegeld door Louwerijs Heijnricxz en Heinrick Jansz. De rente is op 20 mei 15.. afgelost.

 

Uit dit huwelijk:

Cornelis Jan Aert Touwenz, overleden < 1 juni 1554

Jan Jansz

Joris Jansz

Arent Tou Jansz