Jan Jansz Cloot, zoon van Jan Hendricksz Cloot en Beertgen Jans, geboren ca. 1610, overleden (?) 1655
Ondertrouwd 15 april 1637 en gehuwd 7 mei 1637 te Amersfoort (#) met
Anneken Aerts van Arch, dochter van Aert Gerritsz van Arch en Aeltgen Saaren, geboren ca. 1610, overleden > 30 augustus 1664
Bron: archiefeemland.nl
Op 24 september 1643 is in het lidmatenregister van de Remonstrants Gereformeerde kerk te Amersfoort ingeschreven Jan Jansen Cloot.
Op 12 mei 1652 verkopen Jan Kloot de Jonghe en zijn vrouw Annitgen Aerts van Arch, Cornelis Veen en zijn vrouw Aeltgen Aerts van Arch, Cornelis Jansz en zijn vrouw Marritgen Aerts van Arch, Marten Henricxsz van Kempen en zijn vrouw Gerritgen Aerts van Arch, Gerrit Jordensz en zijn vrouw Weijmtgen Aerts van Arch, allen voor henzelf, en Jan Henricxsz Kloot, de voornoemde Jan Kloot de Jonghe en Marten Henricx van Kempen als momber van de onmondige kinderen van wijlen Gerrit Aertsz van Arch en Geesken Kloot, samen erfgenamen van Aert Gerritsz van Arch en Aeltgen Saaren in leven echtgenoten, een huis, hof en hofstede op de Breestraat, waarin Aert Gerritsz van Arch en zijn vrouw overleden zijn, aan Johan Jansz Schothorst en Sara Aerts van Arch zijn vrouw, mede-erfgenamen, in mindering van hun hereditaire portie.
Op 24 mei 1653 verkopen Jan Thonisz en zijn vrouw Burchgen Saren, Jannitgen Saren weduwe van Gerrit Thonisz met Jan Thonisz haar zwager en momber, Thonis Jansz schoonouder voor de weduwe en kinderen van Peter Saren waarvan bij koop het recht verkregen en voor Henrickgen Saren weduwe van Reijer Cornelisz en voor de weduwe en kinderen van Adriaen Saren, Jan Jansz Cloot en Marthen Henricksz van Kempen mede voor hemzelf en hun andere broers, zusters en zwagers, namelijk Anna Jans weduwe van Rutger Lambertsz en Aeltgen Jans weduwe van Cornelis Jansz, samen erfgenamen van Dirck Saren voor de ene helft; Reijer Jacobsz voor hemzelf en voor zijn vrouw Fijtgen Alberts. vermits haar indispositie, Annitgen Jacobs weduwe van Henrick Thonisz met Reijer Jacobs als momber, Huijch Jacobsz, Jacob Jacobsz Swaentgen Jacobs, Jannitgen Jacobs, Reijer Petersz en zijn vrouw Fijtgen Lamberts, Reijer Gerritsz en zijn vrouw Mechtelt Willems, Elsgen Peters weduwe van Peter Laforte, Henrick Helmichsz, zilversmid voor Weijmtgen Schappron, Joséna Spijrijncks Hoeck, stiefmoeder van Magdalena Schappron, kinderen van Claes Schappron en Anna Peters, samen erfgenamen van Aeltgen Reijers voor de andere helft, een kamp land genaamd ‘Calenburch’, omtrent anderhalve morgen, in het nieuwe land, aan Jacob Sijmonsz, bleker, zijn vrouw en erfgenamen.
Eveneens op 24 mei 1653 verkopen Jan Thonisz en zijn vrouw Burchgen Saren, Jannitgen Saren weduwe van Gerrit Thonisz met Jan Thonis. haar zwager en momber, Thonis Jansz als kooprecht verkregen van de weduwe en kinderen van Peter Saren, voor hemzelf en voor Henrickgen Saren weduwe van Reijer Cornelisz en voor de weduwe en kinderen van Adriaen Saren, Jan Jansz Cloot en Marthen Henricksz van Kempen voor henzelf en voor hun andere broers en zusters en zwagers, namelijk Anna Jans weduwe van Rutger Lambertsz, Reijer Petersz en Fijtgen Lamberts zijn vrouw, Reijer Gerritsz en Mechtelt Willems zijn vrouw, Elsgen Peters, weduwe van Peter Laforte, en Henrick Helmichsz, zilversmid voor Weijmtgen Schappron en Josina Spijrijncks Hoeck, stiefmoeder van Magdalena Schappron en Anna Peters, samen erfgenamen van Dirck Saren en Aeltgen Reijers, een huis en bergschuur in de Utrechtsestraat aan de zes gezamelijke kinderen van wijlen Jacob Reijersz en Dirckgen Henricks zijn nagelaten weduwe, genaamd Reijer, Huijch en Jacob Jacobsz, en Annitgen, Swaentgen en Jannitgen Jacobs.
Op 21 november 1653 verkopen Jan Jansen Cloot als man en voogd van Annitgen Aris, Aeltgen Aerts weduwe van Cornelis Veen, Cornelis Jansen de Lange als man en voogd van Marritgen Aerts, Marten Henrickzen als man en voogd van Gerritgen Aerts, Gerrit Jordanus als man en voogd van Weijmtjen Aerts, Jan Jansen Schothorst als man en voogd van Sara Aerts, voor henzelf en tezamen voor de onmondige kinderen van Gerrit Aertzen, samen erfgenamen van Aert Gerritsen van Argh en Aeltgen Saren in leven echtgenoten, een huis, hof en hofstede en schuur aan de Weverssingel aan Dirck Jansen, bleker, zijn vrouw en hun erfgenamen.
In 1655 is in de weeskamer te Amersfoort vermeld Jan Jansz Cloot de Jonge, vader van Geesgen Jansdochter Cloot.
Op 23 april 1670 verkopen Henrick Jansen Kloot, als weduwnaar en boedelhalder van Sijtgen Stellings, Cornelis Jansen Cloot en zijn vrouw Jannitgjen Poulis, zich mede sterk makende voor hun verdere zuster en broeders, Johan Block koopman te Amsterdam als het recht bij cessie verkregen hebbende van Lucas Petersen en zijn vrouw Jannitjen Jans en Cornelis Mojert, eveneens als het recht bij cessie verkregen van Claes Meijen en zijn vrouw Geesjen Cloot tezamen erfgenamen van Jan Henricks Cloot, een huis en hofstede in de Muurhuizen te Amersfoort aan Geurt Bartelsz van Meursen. Op 8 mei 1670 verkopen dezelfde erfgenamen huis, hof en hofstede in de Valkestraat aan Evert Otten.
Uit dit huwelijk:
2 Geesjen Jans Cloot, gedoopt 24 maart 1640 te Amersfoort, overleden > 29 februari 1684. Ondertrouwd 2 juli 1663 en gehuwd 19 juli 1663 te Amersfoort met Philip Jansz Straetman, overleden > 5 augustus 1694
3 (?) Gerrit Jansz Cloot, geboren 1647, overleden 30 mei 1716 in het Sint Pieter- en Bloklandgasthuis te Amersfoort