Gherit Cluetinck, overleden < 1531
Gehuwd met
Janneke NN, overleden 1536-1543
Bronnen: 1) razu.nl, 2) NT00061_10. Nadere Toegang op inv. nr 10 uit de Collectie Digitale Bronnen (61). M.S.F. Kemp, Februari 2018. Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht, 3) NT00061_33. Nadere Toegang op inv. nr 33 uit de Collectie Digitale Bronnen (61). M.S.F. Kemp, Februari 2018. Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht, 4) NT00061_54. Nadere Toegang op inv. nr 54 uit de Collectie Digitale Bronnen (61). M.S.F. Kemp, Februari 2018. Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht, 5) NT00061_55. Nadere Toegang op inv. nr 55 uit de Collectie Digitale Bronnen (61). M.S.F. Kemp, Februari 2018. Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht, 6) NT00061_82. Nadere Toegang op inv. nr 82 uit de Collectie Digitale Bronnen (61). H.J. Postema, September 2018. Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht, 7) onsvoorgeslacht.nl, 8) Repertorium op de lenen en tijnsen van de Proosdij ten Dom, 1174-1660, J.C. Kort. Historische reeks Kromme-Rijngebied, deel 11, Historische Kring Tussen Rijn en Lek. Houten, 2010
NB: Mogelijk is Gherit Cluetinck de zoon van Gerijt Cluetinck die op 21 augustus 1468 wordt beleend met 7 m te Cothen opstrekkend van de Wijkersloet aen de Hoeftient. Dit is land waarmee Gerrit in 1506 is beleend.
Op 1498 St Valentijnsdach een pachtbrief voor Gherijt Cluetinck van 19 m te Cothen, 7 m bo die Bredewech, ben St Katherinen, 5 m bo Dom en ben Domproosdij, 7 m bo de kerck van Cothen en ben land dat Dirc Tijmanss bruket.
In 1499 en 1505 is Gerrit Cluetinck beleend met Dirk Heerenland in Cothen, belast met 2 schelling 2 penning.
In 1505 is Gerrit Cluetinck beleend met zeven achtendeel van 1 morgen in Cothen, belast met 7 schelling 7 penning.
Op 13 mei 1506 zijn Gerrit Cluetinck en Ludolf Claesz de Roij beleend met het achtendeel van een stuk land in Cothen in ‘t Middelveld strekkend van de Hoftiende tot de Wijkerslootse weg, een achtendeel van een stuk land in ‘t Middelveld tussen Trechtweg en de Rijnsloot, en twee achtendelen van een stuk land aldaar strekkend van de Hoftiende tot de Wijkerslootse weg, bij overdracht door Dieuwer, dochter van Jacob Here en Maria, bevestigd door haar ouders, en geven haar in erfpacht voor 16½ Rijnse guldens, te lossen.
Van 1531 tot 1536 is Janneke Gerrit Cluetinx weduwe door het gasthuis te Wijk bij Duurstede beleend met de gasthuishofstede en getimmer staande aan de Wijkersloot met annexe landerijen, behorende tot deze hofstede vijftien morgen weiland achter het huis, acht morgen bouwland op het Nieuw- en Kortland. En: twaalf morgen bouwland, drie morgen genaamd Domsakker, drie morgen onder Cothen, behorende aan het kapittel ten Dom te Utrecht. Van 1540 tot 1590 Gerrit Gerritsz Clueting (haar kleinzoon).
In 1542 speelt een kwestie tussen Aert Aertsz (Vereem) en Fijtgen Jan Eersten wedue. In deze kwestie meldt Jacob Dirckx te Werchoven, 55 jr, op 23 februari 1543 dat Aert Vereem gelost heeft een rente die zaliger Jan Eersten had op heerlijk goed waeraf hij deposant als mede-erfgenaam van Hanneke Gerrit Cleutinckx wedue van Aert Vereem ontving.
Uit dit huwelijk:
2 (?) Gherit Cluetinck, overleden > 17 augustus 1552