Geitenbeek, Jan Cornelissen van (1658->1721)

Jan Cornelissen van Geitenbeek, landbouwer op Geitenbeek (1701-1707), landbouwer op Lammersdam onder Maarsbergen (1707-1729), zoon van Cornelis Brandsen en Meijnsje Adriaensen van Langelaar, gedoopt 16 mei 1658 te Renswoude (#), overleden > 26 oktober 1721

Ondertrouwd op 15 oktober 1701 en gehuwd op 6 november 1701 te Doorn (#) met

Oetje Jans, dochter van Jan Gerritsen van Renswoude en Adriaentje Tonis, gedoopt 11 september 1664 te Zeist, begraven 31 maart 1704 te Scherpenzeel

Ondertrouwd op 12 maart 1707 en gehuwd op 3 april 1707 te Woudenberg (#) met

Rijkje Jans, dochter van Jan Teunisz en Jannetje Aarts, geboren ca. 1670 te Maarsbergen, overleden < 26 oktober 1721

Gehuwd op 26 oktober 1721 te Woudenberg met

Hendrikje Claes

 

Bronnnen: 1) Oudschildgeld Woudenberg en Geerestein 1536-1775. Historishe toegangen van de Gelderse Valleid, deel 13, 2) Oudschildgeld Leusden c.s. 1536-1806 Stoutenburg, Maarn, Maarsbergen. Historische toegangen van de gelderse vallei, deel 16, 3) archiefeemland.nl, 4) hetutrechtsarchief.nl

In het lidmatenregister van Scherpenzeel is in 1702 opgenomen: Oetje Jansen, hv Jan Cornelissen, op Geitenbeeck, met attestatie van Doorn 15-10-1702.

In het register van Oudschildgeld (grondbelasting) van Woudenberg is over 1706 vermeld ‘Jan Cornelisz van de Rouwe Hofstede is gebruiker van ’t Erf Gijtenbeek, groot omtrent 7 mergen’. Eigenaars zijn de erfgenamen van Hendrik Frederixsz van Gijtenbeek (Bron: Historische toegangen van de gelderse vallei, deel 13 – Oudschildgeld Woudenberg en Geerestein 1536-1775).

In 1707 verhuizen Jan en Rijkje met Jan’s kinderen uit het eerste huwelijk naar de boerderij van Rijkjes’ ouders “De Meent” onder Maarsbergen. Op 5 mei 1708 verkoopt Jannetje Aarts, weduwe Jan Theunisz, Jan en Wouter Jansz, voor henzelf en namens hun zwager Jan Cornelisz, getrouwd met Rijckje Jans en voor Aart Jans, minderjarige kinderen van wijlen Jan Thonisz en zijn vrouw Jannetje Aarts, aan Margareta Trip, vrouwe van Maarsbergen, een huis, twee bergen, een schuur, bakhuis en schapenhok, staande op haar grond in de Meent. 

Op 19 maart 1713 verkopen Jan Jansen van Renswoude, Jacob Teunissen van Hoogland als in huwelijk hebbende Claasje Jans, Jan Jansen Haarman als in huwelijk hebbende Cornelia Jans, en Jan van Geijtenbeek als vader en voogd over zijn twee onmondige kinderen Cornelis en Meijnsje, in echte verwekt bij Oetjen Jans, aan Willem Hendrikse Overeem als in huwelijk hebbende Aart Jans, kinderen en kleinkinderen van Jan Gerritse van Renswoude  en Adriaantje Tonis, de helft van 2½ morgen land te Sterkenburg.

In 1716 is Jan Cornelissen vermeld in het register van het Oudschildgeld als gebruiker van land onder Maarsbergen.

Uit het 1e huwelijk:

Meinsje Jansen van Geitenbeek, gedoopt 6 augustus 1702 te Scherpenzeel, begraven 27 december 1796 te Woudenberg. Gehuwd op 26 februari 1724 te Doorn met Gijsbert Ariensz Eijkelkamp, rietdekker, zoon van Arien Cornelisz van Eijckelkamp en Maria Cornelissen Hardeveld, gedoopt 25 maart 1695 te Woudenberg, begraven 30 november 1772 te Woudenberg

Cornelis Jansen van Dashorst, gedoopt 3 februari 1704 te Scherpenzeel

Uit het 2e huwelijk:

Jan Jansen van Geitenbeek