Willem van Schadijck, veenraad (1611, 1614), cameraer (1615, 1617), overleden september 1624 te Veenendaal
Gehuwd met
Jannetgen Jans, overleden > 23 oktober 1632
Bronnen: 1) hetutrechtsarchief.nl, 2) gemeentearchief.veenendaal.nl, 3) Kerkmeestersrekeningen te Veenendaal 1574 – 1812, 4) Morgentalen 1618-1638. Uitgave van de Historische Vereniging Oud Veenendaal nr. 4, oktober 2003, 5) Luid- en begraafgelden te Veenendaal 1574-1812. Uitgave van de Historische Vereniging Oud Veenendaal nr. 3, juni 1998
1601-1602 Kerkmeestersrekeningen: Noch uut handen van Wilm van Schadijck van zijn onvrije veen in de Grifte te brengen volgens ’t accoort met te veenraden gemaect twalff gulden ergo hier 12-0-0.
1618-1638 Morgentalen Veenendaal:
1. Willem van Schadick en de de wedue van Cornelis Clerq cum socijs, hebben in de LXXX mergen veens (in de Maender Veenen) gecommen van jonker Cornelis Prinsen van der Aa, sevenendedartich mergen ende een halve. Willem van Schadick heeft in de LXXX mergen achtiendalve mergen. Op 23 october 1632 heeft Antonis Aelbertsz Steck verclaert den helfte van de sevenendedartich mergen hem toe te commen ende daer die helfte de wedue van Willem van Schadick
2. De wedue van Cornelis Aelbertsz Lam, Willem van Schadik, Jan Dircxsz, herbergier, het recht hebbende van Cornelis van Sijll, ende de erfgenamen van Cristiaen Aelbertsz, erffpachtenaers van zijn genade Van Cuijlenborch, elck voer een vierde part, hebben tesamen achtendetwijntich mergen een halve (in Maender Venen)
3. Aelbert Tonisz als bij coep geseccudeert in plaetse van Willem van Schadick ende Cornelis Aelbertsz, mede erffpachtenaers van de grave Van Cluijlenobrch, viertien mergen een quart. Willem van Schadick voer hemselen seven mergen
4. Willem van Schadick cum socijs in plaetse van de kijnderen ende erffgenamen van Jacob de Edel, dertiendalve mergen veens
5. Jonker Frederick van Duverden van Voordt ende Willem van Schadick bij coep, in plaetse van Jacob de Edel ende Aert van Leuwen, tweëndedartich mergen
6. Willem van Schadick in plaetse van de kijnderen van Jacob de Edel, thien mergen veens
7. Claes Lambertsz in plaetse van Willem van Schadick ende Neeltgen, Cornelis Aelbertsz wedue, drie mergen
8. Jannichge wedue van zaliger Willem van Schadick, drie mergen hondert sevenendedachtich roeden en een halve. Het soontge van Cornelis van Schadijck
9. De erffgenamen van zaliger Willem van Schadick seven mergen
10. Jannichge, wedue van Willem van Schaijck, drie mergen een quart. Is verboeckt op Johan van Grootvelt op den 23 november 1654
11. Jannichge, wedue van zaliger Willem van Schadick in het voorseide stuck achtien mergen drie quartier. Hiervan verboeckt op Jan van Holten ses mergen 225 roeden
12. De wedue van zaliger Willem van Schadick ses mergen een quartier. Is verboeckt op Cornelis Petersen
13. De wedue van Willem van Schadick twe mergen in de plaetse van Brant Hermensz. Is verboeckt eene mergen op Jan van Grootvelt ende eene mergen op Jannichgen van Schadijck op den 23 november 1654. De mergen van Jannichgen van Schadijck is verboeckt op Jacob Boumeister
14. De erffgenamen van Willem van Schadick gelijcke sestien mergen. Van dese sesthien mergen sijn verboeckt op Cornelis van Schadijck acht mergen ende op Jan van Grootvelt acht mergen op den 16 november 1654
15. De wedue van zaliger Willem van Schadick tien mergen genaemt de Hell.
Op 10 februari 1624 machtigt Willem van Schadijck, wonende in Veenendaal, Ghijsbert van Berlicum en Steven van Schadenbroeck, procureurs voor het Gerecht van de stad Utrecht, gezamenlijk en elk in het bijzonder. Op 25 augustus 1624 machtigt Willem van Schadijck, wonende in Veenendaal, Joachim Verspreul, procureur te Wijck bij Duerstede, in de zaak die hij sustineert of sustineren zal tegen Peter Cornelis van Heusden. De akte is opgesteld ten huijse van Fransgen van Schadijck, weduwe van Simon Claes van Velsen. Getuigen zijn Claes Simons van Velsen en Cornelis van Schadijck.
Luid- en begraafgelden Veenendaal: Op 23 september 1624 de gerechticheijt voor Wilm van Schadijck van het graft te openen, f 0-4-0. Den 3e october 1624 op ’t gerafft van Wilm van Schadick gedaen aen extericken, f 0-5-0.
Op 3 maart 1637 maakt Cornelis van Schadijck Willemszn, wonend te Veenendaal, zijn testament. Hij vermaakt al zijn bezittingen in het gerecht van Utrecht, Gelderland en elders gelegen en uitstaande, bij gelijke egale portie, indien hij zonder echte geboorte nalatende komt te sterven, aan Cornelia, Elisabeth, Neeltgen en Jannichgen van Schadijck, zijn zusters, hen daarmee instituerende tot zijn erfgenamen, of hun nalatende geboorte indien enig van hen voor hem zou overlijden. Jannichgen Jans, weduwe van zaliger Wilhem van Schadijck, zijn moeder, ontvangt haar legitieme portie als ze zijn dood beleeft. Hij institueert haar daarmede tot mede-erfgenaam. De oudste geinstitueerde erfgenaam dient te verzoeken de lenen op diens naam te zetten, zonder prejudice van de mede-erfgenamen. Indien enig van zijn zusters voor of na hem komt te sterven zonder nalatende geboorte, dan vererft diens portie op de andere geinstitueerde erfgenamen. Hij verzoekt de heer van Hasersoude, als heer van Lochorst, testateurs leenheer, met dit testament accoord te gaan, gezien testateurs thijnden van Elspit in de kerspel van Barneveld gelegen, die testateur van de heer van Lochorst in leen heeft. De leenheer heeft versocht een formeel instrument hiervoor en dat is deze acte.
Uit dit huwelijk:
1 Cornelis Willemsz van Schadijck, begraven 22 mei 1655 te Veenendaal
2 Cornelia Willems van Schadijck
3 Elisabeth Willems van Schadijck
4 Neeltgen Willems van Schadijck = ? NN Willems van Schadijck
5 Jannichgen Willems van Schadijck, begraven 7 december 1658 te Veenendaal