Cornelis Jacobsz, lijndraaier aan de Weststraat te Scheveningen, zoon van Jacob Adriaensz en Jannetje Matheus, geboren 1536-1537, overleden < 31 december 1580
Gehuwd met
Corsgen Joris, dochter van Joris Adriaensz en Niesgen Cornelis, overleden > 1619
Bronnen: 1) stamboomplein.nl, 2) onsvoorgeslacht.nl, 3) Scheveningen – Kohier van de 10e penning 1553. Nationaal Archief toegangsnr. 3.01.03 (Archief van de Staten van Holland voor 1574), inv.nr. 775, Robin Houben, 4) Scheveningen – Kohier van de 10e penning 1556. Nationaal Archief toegangsnr. 3.01.03 (Archief van de Staten van Holland voor 1574), inv.nr. 1098, Robin Houben, 5) Scheveningen – Kohier van de 10e penning 1561. Nationaal Archief toegangsnr. 3.01.03 (Archief van de Staten van Holland voor 1574), inv.nr. 1426, Robin Houben, 6) Regesten Heilige Geest Scheveningen, Ronald A. van der Spiegel, 7) Scheveningen – Schoorsteengeld 1606. Haags Gemeentearchief toegangsnr. 0350-01, inv.nr. 4686, Robin Houben, 8) Van Schilperoort, R.A. Mos. In: Kronieken, 1993. Genealogische Vereniging Prometheus
In het ‘Quoijer vande estimacie vanden huijssen staende op den dorpe van Sceveninge angaende den x en penninck’ uit 1553 is vermeld: Cornelis Jacobsz huijs op vi £ xii S.
Bij de ‘Tauxtie vanden thienden penninck vanden scorpus ende dorpe van Sceveninge’ in 1556 is vermeld: De boije of de scuijer daer Alewijn de waker om goedswille in woent daer aen legende een halve droechtuijn toebehoorende Cornelis Jacobsz tsamen siaers te huijr gelden iiij £ Hollants.
In het ‘Quohijer vander tauxatie ende huijren van den huijssen ende croften staende ende leggende op den dorpe van Scheveninghe’ uit 1561 is vermeld: Cornelis Jacobsz huijs met die lijnbaen getauxeert siaers op ix £ xv S xix S vi P. Noch de selve Cornelis Jacobs zoons leege droochthuijn ende een boe es getauxeert siaers op iij £ nijet.
Links tekening van het handmerk van Corsge Joris, op 9 mei 1582 en 3 november 1597 gebruikt voor ondertekening.
Schoorsteengeld 1606: Corssghe Joernische heeft drie scoorstenen compt iiij £ x st.
Op 4 mei 1607 oorkonden Claes Cornelisz en Jan Adriaensz Houck, schepenen van Den Haag, dat Jan Adriaensz, lijndraaier te Scheveningen, verklaarde schuldig te zijn aan Jacob Jansz Pluijm, Cornelis Pietersz, Lenert Floren en Maerten Jacobsz, Heilige Geestmeesters van Scheveningen voor de ene helft, en aan Gerrit Hendricxsz, kleermaker, voor de andere helft, de som van 400 Car.gld., spruitende uit de koop van een huis te Scheveningen, belend ten oosten de lijnbaan van de weduwe van Cornelis Jacobsz lijndraaier, ten zuiden Jacob Bouwensz, ten westen de heerweg, en ten noorden de heerweg.
Uit dit huwelijk:
1 Jacob Cornelisz, lijndraaier, geboren 1559-1560
2 Maritge Cornelis, geboren 1562-1563. Gehuwd met Cornelis Michiels, schepen van Den Haag (1616-1623), zoon van Michiel Cornelisz en Catarina Dircx
3 Gerrit Cornelisz Schilperoort
4 Grietje Cornelis, geboren 1566-1567
5 Jannetje Cornelis, geboren 1568-1569. Gehuwd ca. 1600 met Jacob Dammisz, zoon van Dammis Jacobs en Hillegond Joris, overleden 1613. Gehuwd ca. 1614 met Pieter Jans