Cors Jansz van der Speck, wielmaker, timmerman te Wateringen, geboren ca. 1600, overleden > 4 december 1671
Bronnen: 1) hogenda.nl, 2) Protocol van transporten en schuldbrieven van Wateringen 1624-1629. ORA Wateringen inv. 30, Teun van der Vorm, versie 1.0, 20-8-2016, 3) Protocol van transporten en schuldbrieven van Wateringen 1629-1633. ORA Wateringen inv. 31, Teun van der Vorm, versie 1.0, 21-8-2016, 4) Protocol van transporten en schuldbrieven van Wateringen 1633-1645. ORA Wateringen inv. 32, Teun van der Vorm, versie 1.0, 26-8-2016, 5) Protocol van transporten van Wateringen 1646-1654. ORA Wateringen inv. 34, Teun van der Vorm, versie 1.0, 27-8-2016, 6) Protocol van transporten en schuldbrieven van Wateringen 1654-1662. ORA Wateringen inv. 35, Teun van der Vorm, versie 1.0, 1-9-2016, 7) Monsterrollen van de weerbare mannen in de Hollandse dorpen 1652-1653 Wateringen. Nationaal Archief ’s Gravenhage, Inventarisnummer 1355, Staten van Holland 1572-1795, 8) Index op het archief van notaris Dirck Wt de Waert, residerende te Berkel (1670-1727). GA Rotterdam, Toegangsnummer 1250
Op 13 juni 1626 bekenden Cornelis Maertensz, wonende te Naaldwijk, en Adriaen Pietersz, schipper te Wateringen, verkocht te hebben aan Cors Jansz, wielmaker, tegenwoordig wonende te Wateringen een huising en erf in het dorp van Wateringen.
Op 1 april 1629 bekent Philips Cornelisz, timmerman te Wateringen, verkocht te hebben aan Cors Jansz (van der Speck), mede timmerman te Wateringen, een huising en erf met de winkel of nering van het timmeren waaronder het werk van drie watermolens, een schuit, een timmermansbok, een reep en een schaafbank, met conditie dat de comparant gedurende het leven van de voorsz Cors Jansz of zijn huisvrouw binnen het ambacht en parochie van Wateringen geen winkel van timmeren zal mogen opstellen en niet hetzelfde ambacht als meester mogen doen, staande en gelegen de voornoemde huising en erf op het oosteinde van het dorp van Wateringen. Op 13 mei 1629 bekent Philips Cornelisz, timmerman laatst gewoond hebbende te Wateringen en nu wonende te Monster, verkocht te hebben aan Pieter Jacobsz, timmerman te Wateringen, een custingbrief inhoudende nog 800 gld staande tot last van Cors Jansz, mede timmerman te Wateringen, en zijn borgen volgens de brief van dd 1-4-1629.
Op 4 juni 1632 bekent Jan Claesz van Gent, wonende in ’s Gravenhage als getrouwd hebbende de weduwe van Adriaen Cornelisz genaamd Trijn Jans, verkocht te hebben aan Corstiaen Jansz, onze inwoner, een huis en erf gelegen binnen het dorp van Wateringen in de Vleerstraat.
Op 7 februari 1641 bekent Corstiaen Jansz timmerman, wonende binnen het dorp van Wateringen, schuldig te wezen aan de armenmeesters van Wateringen een losrente van 9 car. gld 7 st. 8 penn. ’s jaars. Op 14 juni 1641 bekent Cors Jansz timmerman, onze inwoner, schuldig te wezen aan Pieter Reijersz Slachtoe, houtkoper binnen Delft, een losrente van 40 car. gld. Tot waarborg zijn huis en erf daarin hij tegenwoordig woonachtig is binnen het dorp van Wateringen op het oosteinde. Op 29 mei 1643 bekent Corstiaen Jansz timmerman, onze buurman, schuldig te wezen aan Pieter Reijersz Slachtoe, wonende binnen de stad Delft, een losrente van 20 car. gld. ’s jaars. Op 29 april 1645 bekent Corstiaen Jansz timmerman, onze buurman, schuldig te wezen aan Pieter Reijersz Slachtoe, houtkoper te Delft, een losrente van 20 car. gld. ’s jaars. Tot waarborg zijn huising en erf en boomgaard in het dorp van Wateringen. Op 4 mei 1646 bekent Corstiaen Jansz timmerman, onze buurman, verkocht te hebben aan Pouwels van Neck, onze secretaris, een huis en boomgaard in het dorp van Wateringen in de Straat genaamd de Vleerstraat.
Op 6 april 1651 attesteert Cors Jansz van der Speck, wonende te Wateringen, voor notaris Johan van Ruiven te Delft. Comparant is Gerrit Gijsen van de Meer, huisman te Eik en Duinen. In de monsterrollen van de weerbare mannen van Wateringen in 1652-1653 is bij pieckeniers vermeld “Cors timmerman, 1 pieck”.
Op 17 mei 1655 bekent Cors Jansz van der Speck onze inwoner, schuldig te wezen aan Corstiaen Jaspersz de Vos, wonende binnen de stad Delft, de som van 200 car. gld. ter zake van geleende penningen. Op 26 september 1657 bekent Cors Jansz van der Speck onze inwoner, verkocht te hebben aan Jan Corsz zijn zoon, wonende in het dorp Wateringen, een gedeelte van zijn comparants huising en erf in het dorp van Wateringen in de Vleerstraat, te weten een voorhuis en kamertje aan de oostzijde van het zelfde voorhuis en het erf gelegen tussen het voorsz kamertje en het erf van Pieter Roelantsz van der Marel ter lengte van het voorsz kamertje.
Op 2 november 1659 verkoopt Kers Jansz van der Speck, wonende Wateringen, een zantschuijt aan Jacob Ridder.
Op 4 december 1671 compareert te Berkel Cors Janss van der Speck, oud ca. 70 jaren, wonende te Wateringen.
Kinderen: